Pan en Zoom
Het gereedschap Pan en Zoom is beschikbaar voor foto’s en afbeeldingen wanneer deze in de Foto-editor zijn geopend vanaf de projectentijdlijn. U opent het gereedschap door op de tab Pan en Zoom te kikken boven aan het scherm.
Met Pan en Zoom wordt er een gebied binnen de afbeelding gebruikt om het hele videobeeld te vullen. Dit gebied kan elke grootte en vorm hebben. Bij het afspelen wordt dit voldoende vergroot om het videobeeld te vullen zonder lege gebieden.
Als u twee of meer gebieden definieert, kunt u met Pan en Zoom een animatie maken van uw weergave van de afbeelding door in en uit te zoomen terwijl u het doorkruist met gesimuleerde camerabewegingen terwijl deze soepel van het ene gebied naar het andere beweegt.
Het gereedschap Pan en Zoom gebruikt de volledig beschikbare resolutie van de oorspronkelijke foto. Als de afbeelding dus groot genoeg is, gaan er geen details verloren door in te zoomen.
U past Pan en Zoom op een fotoclip op de tijdlijn toe door te dubbelklikken om de Foto-editor te openen.
Het tabblad Effecten wordt in Foto-editor op de voorgrond weergegeven omdat u opent vanaf de tijdlijn. Schakel over naar het tabblad Pan en Zoom.
In deze afbeelding is de tab Pan en Zoom geselecteerd en blijft deze ingesteld op de standaard statische modus. Het selectiekader waarvan de afmetingen met de muis worden aangepast, definieert een gebied van de afbeelding dat aan het gehele kader wordt aangepast, zoals te zien is in het zwevende voorbeeldpaneel (rechtsonder).
Pan en Zoom heeft twee verschillende werkingsmodi, die worden geselecteerd met knoppen net boven het voorbeeld. De modus Statisch (Static) geeft tijdens de duur van de clip een enkel onveranderend afbeeldgebied weer. In de modus Geanimeerd worden voor het eerste en laatste frame van de clip aparte gebieden gedefinieerd; bij het afspelen is er een vloeiende ‘camerabeweging’ van de ene naar de andere te zien. Met de modus Geanimeerd is ook keyframing mogelijk, waarbij een willekeurig aantal extra gedefinieerde gebieden kunnen worden toegevoegd aan het camerapad Pan en Zoom.
Modus Statisch
In de modus Statisch (Static) verschijnt er een grijs selectiekader met ronde besturingspunten op de afbeelding. U kunt dit kader vergroten, verkleinen en verplaatsen, maar niet de verhouding (hoogte/breedte) ervan wijzigen. Een klein zwevend voorbeeldvenster geeft de huidig gedefinieerde selectie weer.
Het zoomen en de positie kan ook numeriek worden geregeld door schuifregelaars te gebruiken in het paneel Attributen. Dubbelklik op de schuifregelaars om de waarden opnieuw in te stellen of klik eenmaal om een numerieke waarde in te voeren.
Instellingen voor eigenschappen voor het gereedschap Pan en Zoom
Modus Geanimeerd
Wanneer de modus Geanimeerd is ingesteld, wordt de afbeelding automatisch geanalyseerd en wordt er automatisch een eerste afmeting en positie voor de start en het einde ingesteld. Bij de start van de gegenereerde animatie is er lichtelijk ingezoomd op het onderwerp van de afbeelding, waarna er wordt uitgezoomd tot de volledig beschikbare grootte. Als de afbeelding een andere hoogte/breedteverhouding heeft dan het videoframe, wordt er voldoende zoom toegepast om lege gebieden te voorkomen.
Ter ondersteuning van de extra functie van de modus Geanimeerd wordt de kleur van het selectiekader gebruikt om de plaats in de animatiereeks aan te duiden. Het beginframe is groen en het eindframe is rood. De frames in het midden worden in het wit weergegeven.
Wanneer er meerdere frames zichtbaar zijn, kunt u de frames slepen, indien nodig, door de muis op de rand van het frame of de middelste punt te plaatsen. Wanneer u het witte frame verplaatst, wordt er automatisch een keyframe aan de huidige positie toegevoegd.
Met keyframing kunt u een aangepaste pan en zoom-animatie van een willekeurige moeilijkheidsgraad maken. Hoewel u wellicht slechts een aantal stappen nodig hebt.
Schakel over naar de modus Geanimeerd, zoals hierboven beschreven, en zie dat er twee frames aan het voorbeeld zijn toegevoegd. Dit zijn de speciale begin- en eindkeyframes, die respectievelijk in het groen en rood worden weergegeven, zoals hierboven is uitgelegd. Deze kunnen wel in de ruimte, maar niet in de tijd worden gesleept.
Als u geen tussenliggende keyframes nodig hebt, bent u na het plaatsen van het begin- en eindframe klaar met de sessie.
Voor een complexere animatie moet u de scrubber daar plaatsen waar u de camerabeweging wilt veranderen. U maakt heel eenvoudig een nieuw keyframe door het witte selectiekader in te stellen op de gewenste grootte en positie. Het nieuwe keyframe wordt vertegenwoordigd door een ruitvormig, grijs pictogram in de keyframelijn onder de cliptijdlijn.
Voeg zoveel mogelijk keyframes toe als nodig is. Wanneer u klaar bent, klikt u op OK om terug te keren naar de projecttijdlijn.
Een keyframe handmatig toevoegen: U voegt een expliciet keyframe toe aan de afspeellijnpositie zonder het huidige animatiepad te veranderen, door op de knop keyframing in-/uitschakelen uiterst links op de transportwerkbalk te klikken.
Een keyframe verplaatsen: U kunt een keyframe langs de tijdlijn slepen om deze op tijd te verplaatsen.
Naar een keyframe springen: Wanneer u naar een keyframe wilt springen om deze te wijzigen of te verwijderen, gebruikt u de pijlknoppen links en rechts van de knop keyframe of klikt u direct op het keyframe in de keyframelijn. Wanneer de afspeellijn direct op een keyframe wordt geplaatst, wordt het keyframe gemarkeerd.
Een keyframe verwijderen: U verwijdert een keyframe door op het bijbehorende pictogram te klikken op de keyframelijn om naar het rechterframe te bladeren. Daarna klikt u op de knop Keyframe verwijderen uiterst rechts op de transportbalk.
Het venster Instellingen beschikt over een aantal knoppen voor het configureren van het gereedschap Pan en Zoom.
· Soepel (Smooth) zorgt voor rustig afremmen bij het naderen van een richtingsverandering in het animatiepad van het keyframe.
· Instelling selecteren: Kies uit een aantal statische en geanimeerde instellingen.
· Zoom, Horizontaal en Verticaal geven de numerieke waarden van het huidige frame weer. Dubbelklik op de schuifregelaars om de waarden opnieuw in te stellen.
· Laag passeren filtert bewegingen op kleine schaal uit om een soepele, geoptimaliseerde animatie te bereiken.