De spoorkop op de tijdlijn
In het kopgedeelte van de tijdlijn staan een aantal bedieningselementen voor de rangschikking en organisatie van de tijdlijnsporen. Zie Audio op de tijdlijn voor informatie over audiofuncties zoals spoorvolume die eveneens op de tijdlijnkop worden ingesteld.
Geheel links op de tijdlijn ziet spoorkoppen met diverse bedieningselementen per spoor: een vergrendelingsknop, de naam van het spoor en monitoring-knoppen voor de video en audio van het spoor. Hier is het huidige standaardspoor ‘Hoofd’.
Het gedeelte alle sporen boven de spoorkoppen biedt bedieningselementen die vergelijkbaar zijn met die op iedere spoorkop, maar dan met een algemeen effect: ze zijn van toepassing op alle sporen tegelijk en vervangen de individuele instellingen.
De oranje verticale lijn links naast de spoorkop duidt, samen met een lichtere achtergrondkleur, het standaardspoor aan. Dit is een doelspoor voor bepaalde functies, zoals verzenden naar en plakken. Ook nieuw gemaakte titels en Scorefitter-songs worden op dit spoor toegevoegd.
Om een ander spoor het standaardspoor te maken, klikt u gewoon ergens binnen de spoorkop (maar niet op een knop of een ander bedieningselement).
Vergrendelen
Klik op de hangslot-knoppen om een spoor te beschermen tegen onopzettelijke bewerkingen. Dezelfde knop in het gedeelte alle sporen biedt deze bescherming voor het gehele project.
Tracknaam
Om de naam van een spoor te bewerken, klikt u één keer op de naam om de editor te openen of selecteert u Tracknaam bewerken in het contextmenu van de spoorkop. Bevestig de bewerking met Enter of annuleer met Esc.
Video- en audio-monitoring
De knoppen video en audio op de spoorkop bepalen of dit spoor zijn video en audio levert aan de samengestelde uitvoer van het project. Ze ondersteunen het grote aantal bewerkingssituaties waarbij het nuttig is om de uitvoer van één of meer sporen te blokkeren om het voorbeeld te vereenvoudigen. Met dezelfde knoppen in het gedeelte alle sporen schakelt u audio- en video-monitoring voor het gehele project in en uit.
De volgende functies zijn beschikbaar in het contextmenu van de spoorkop:
Nieuw track: U kunt een nieuw spoor invoegen boven of onder het bestaande spoor.
Spoor verwijderen: Verwijder een spoor en alle clips erop.
Spoor verplaatsen: Sleep de spoorkop omhoog of omlaag naar een nieuwe laagpositie. Tijdens het slepen verschijnt er een heldere horizontale lijn bij geldige plaatsingen.
Spoor kopiëren: Als u Ctrl ingedrukt houdt tijdens het verplaatsen van een spoor, wordt het spoor gekopieerd in plaats van verplaatst.
Spoorgrootte: Het contextmenu bevat vier vaste spoorgroottes (Klein, Medium, Groot, Zeer groot). Voor aangepaste groottes sleept u de scheidingslijn tussen de spoorkoppen om de hoogte naadloos aan te passen.
Golfvormen weergeven: De golfvorm-weergave voor audioclips in- en uitschakelen.